De term werd bekend door de theoloog Rudolf Otto, die numineus gebruikte in zijn boek Das Heilige (1917). Hij beschreef een numineuze ervaring als iets dat tegelijkertijd ontzagwekkend én onweerstaanbaar mooi is.
Numineus komt van het Latijnse numen, dat ‘goddelijke kracht’ of ‘heilige bezieling’ betekent. Het numineuze overvalt je, bijvoorbeeld wanneer het licht betoverend door de bomen valt of wanneer een muziekstuk je ziel raakt.
Psychologisch gezien is het numineuze een staat van verhoogde ontvankelijkheid: je zintuigen staan scherper, je denken verstilt en je ervaart een diepe betekenis die moeilijk is uit te leggen.
Spiritueel wordt het gezien als een aanraking van het goddelijke, een subtiele uitnodiging om de werkelijkheid op een dieper niveau te ervaren.
In de romantische kunst spreekt men van het ‘sublieme’: een schoonheid die zo groot is dat je er stil van wordt.
In Japan gebruikt men het begrip yūgen, dat verwijst naar een mysterie dat je wel voelt maar nooit helemaal kunt zien.
Het numineuze kun je niet oproepen, maar je kunt wel omstandigheden scheppen die het gevoel kunnen versterken: stilte, natuur, rituelen, kunst en aandacht.
Begin je dag beter met de Dagelijkse Gedachte. In je e-mail of in de app. Kijk op www.dagelijksegedachte.nl